Toetsing

(HORA Bedrijfsfunctie)

Standaarden bij deze bedrijfsfunctie:

StandaardBeschrijving
Dutch Exam ProfileHet DEP is, in opdracht van het ministerie van OCW, door het College voor Examens (CvTE) gebruikt bij de ontwikkeling van het nieuwe centrale computerexamen- en toetssysteem Facet. Facet zal op termijn worden gebruikt voor de afname van alle digitale centrale examens en toetsen, die onder verantwoordelijkheid van het CvTE worden afgenomen. Facet is gebouwd rondom de open standaard QTI. QTI is een standaard om toetsmateriaal uit te wisselen, waarbij QTI de toets, de vragen, de opmaak en de scoring beschrijft. Het exacte gebruik van de QTI-standaard voor Facet is beschreven in het ‘Dutch ld voor de specifieke gebruikssituatie bij de centrale examens en toetsen. Er is gekozen voor een open standaard als basis voor het uitwisselen van alle centrale examens en toetsen en het afspelen daarvan op één platform, wie deze examens en toetsen ook produceert.Exam Profile’ (DEP). DEP is in eerste instantie ontwikkeld voor de specifieke gebruikssituatie bij de centrale examens en toetsen. Er is gekozen voor een open standaard als basis voor het uitwisselen van alle centrale examens en toetsen en het afspelen daarvan op één platform, wie deze examens en toetsen ook produceert.
IMS LISOm digitale leerlinggegevens en leerresultaten goed uit te kunnen wisselen is het noodzakelijk om afspraken te maken over welke informatie precies wordt uitgewisseld en hoe. Eén van de internationale standaarden hiervoor is LIS (Learning Information Services). Dit is een zeer uitgebreide en complexe standaard voor de uitwisseling van leerlinggegevens, groepsgegevens, cursusgegevens en leerresultaten. LIS beschrijft zowel de data (het datamodel) als de manier van overdracht. De OneRoster-standaard is een subset van de LIS-standaard, die zich concentreert op rooster- en cijferinformatie.
IMS QTIQTI staat voor question and test interoperability en maakt het mogelijk om test-items en toetsen tussen verschillende toetssystemen en leeromgevingen te delen.
NLQTINLQTI is het Nederlandse profiel van de internationale standaard IMS-QTI. QTI staat voor question and test interoperability en maakt het mogelijk om test-items en toetsen tussen verschillende toetssystemen en leeromgevingen te delen. Dit toepassingsprofiel vormt een inperking van de IMS QTI 2.1 afspraak waarbij aanvullende regels opgesteld zijn. Een voorbeeld van de beperkende afspraken is dat in NL QTI mag slechts één interactiesoort per vraag worden gebruikt. Ook zijn de adaptieve opties van QTI uit NL QTI verwijderd.
Open Onderwijs APISURFnet werkt samen met hogeronderwijsinstellingen aan een standaard API: Open Onderwijs API. Een API is een set aan definities waarmee softwareprogramma’s onderling kunnen communiceren. Het dient als een interface tussen verschillende softwareapplicaties. Via deze API stellen onderwijsinstellingen handige informatie beschikbaar: van cijfers tot studiepunten, van roosters tot vrije werkplekken. Ontwikkelaars integreren deze data vervolgens in nieuwe applicaties. Algemene informatie is te vinden op: https://openonderwijsapi.nl/
Uitwisseling Leerlinggegevens en ResultatenDoor het gebruik van UWLR kunnen leerresultaten geautomatiseerd worden overgezet van bijvoorbeeld de methodewebsite naar het leerlingvolgsysteem (LVS) of leerlingadministratiesysteem (LAS). Dat scheelt docenten veel tijd, en bovendien voorkomt het fouten bij het overtypen van gegevens. Het overzicht in het LAS zal meer up-to-date zijn. Het voordeel van UWLR voor onderwijsinstellingen is dat zij de resultaten makkelijker en dus vaker kunnen verwerken. Ze hoeven geen gegevens te printen en over te typen. Bijkomend voordeel is dat de automatische gegevensuitwisseling een kleinere kans op typefouten met zich meebrengt. Voordeel voor marktpartijen is dat ze minder koppelingen voor de uitwisseling van leerlinggegevens en leerresultaten hoeven te ontwikkelen en onderhouden.

Terug naar bedrijfsfunctiemodel